Nachtwacht

Ik schreeuwde het uit, nee, ik brulde, ik ontplofte zowat van woede. De frustratie, de onmacht, de woede en de wanhoop. Mijn dochter leek het vooral übergênant te vinden en bekeek het tafereel onderkoeld van een klein afstandje. Totdat ze door twee douaniers bij haar armen werd gepakt en weggetrokken. Ze keek om, naar mij en ze huilde zonder tranen, geluidloos. Godverdomme! Ze werd mij gewoon afgenomen en ergens naartoe gebracht waarvan ik, en zij, geen idee hadden waarheen! Alleen maar omdat het briefje met daarop de toestemming van haar moeder dat ik met haar naar het buitenland mocht reizen niet werd vertrouwd. Oké, het zag er ook niet heel mooi uit, niet erg officieel. Het was met de hand geschreven met bovenaan nog een extra velletje, half gescheurd en vastgeniet. Ik had het officiële rijksdocument wel, maar wist niet meer waar. Ergens online, in de cloud, maar welke? En de wolken dreven steeds weer weg als ik ze van dichtbij wilde bekijken.

Later, met jou, in de loeihete stad met haar kleine, smalle straten met vrolijk uitziende winkels, keek ik steeds weer omhoog. De lucht strakblauw, doorkruist met vliegtuigen en witte zeppelins in de vorm van bommen. Ik zag het allemaal gebeuren: de ene botste op de andere, een enorme ontploffing en ook al wilde ik wegrennen, het ging niet. Als een konijn gevangen in de koplampen moest ik blijven kijken. Tegelijk verwonderde ik me over de kalmte van de mensen hier in de straten. Ze keken wel even omhoog, haalden hun schouders op en liepen door terwijl er een regen van witte stofkorrels op de stad neerdaalde. Gif, ik wist het zeker. Maar niemand raakte in paniek. De gelatenheid was verstikkend en ik begon weer te schreeuwen, te roepen en om me heen te slaan, steeds wilder en harder schreeuwend terwijl mijn keel verschroeide en mijn tong dikker en droger werd.

En toen, daarna, was er niets. Niets dan ijle, schrale lucht.

#dromen #proza #nacht