ego echo

rosatom

Alle Grappers in da House say yeah! En meer van die onzin. We zeggen sorry en gaan door met het nu al jaren voortploeterende rariteitenkabinet. Schouten roept weer eens om wat het vervolgens in te trekken en De Jonge steekt ook nog maar eens oeverloos van wal. Rutte pruttelt zich belletjes rond de mond en we nemen er een fikse koude rakker op; hapje, drankje, nootje, wijntje. Hoezee en in de prullenbak ermee.

Tussen de buien door met het zestienjarig lieftallig monster een Instaproof-wandeling over de brug en door het park. Ergens onderweg stond een scooter half over het pad. Het baasje stond met capuchon over z'n kop met zijn rug naar ons toe tegen de struiken aan te zeiken. (Vooruit, als ie andersom had gestaan had ik er nog minder waardering voor op kunnen brengen.) In zijn mond een gasballon en rond de scooter en het verregende bankje dezelfde ballonnen, maar dan stuk en gebruikt. Een gastank, een rits energiezuigende drankjes plus nog wat andere afvalligen. Gooi het gewoon maar ergens neer, op een dag zien we wel wanneer het in ons eten en drinken zit. Wie dan leeft, wie dan sterft. Alles bij elkaar was het tafereel er eentje om weer eens gezellig triest van te worden. No future, riepen we in 'mijn tijd'. Een waarheid als een uitgemolken koe. Arm dier.

Niet veel later fiets ik bij Muiderpoortstation vandaan. De puber in kwestie zojuist uitgezwaaid, weer naar huis. Iets voor mij slingerfietst iemand met drie uitpuilende blauwe vuilniszakken aan het stuur. Er zitten grote witte broden in. Om de zoveel meter flikkert ie er eentje uit, zo de bosjes in. Je kunt jezelf wijsmaken dat het lief is om de vogels te voeren, maar daarmee jaag je ze juist een pijnlijke en langzame dood in. Zoiets als hoe wij mensjes in the name of vooruitgang dagelijks gifgassen en plastic inademen. Dat overleven we niet. Ondertussen zijn de lappen brood doornat van de dikke vette regendruppels en zie ik een duif met een door het natte deeg dichtgeplakte snavel wild fladderen. Doodsstrijd.

Een paar honderd meter nog en dan ben ik thuis. Maar niet voordat een scootmobielende man mij zwalkend tegemoet komt. Hij kijkt niet op of om, maar wel naar zijn mobieltje in zijn ene hand, terwijl zijn andere hand iets doet wat door moet gaan voor sturen. Ik hoor het 'onze' Ronald zeggen: stuur maar naar de stoep. Maar dat doet ie niet. Hij stuurt op mij af. Ik ping met m'n fietsbel, ik wijk op het nippertje uit en hoor 'm met gevoel voor klepel en klok naar mij roepen dat ik uit moet kijken met m'n doppen. Ik houd mijn mond; dit is een kansloze missie.

Thuis huil ik zachtjes tegen het raam mee met de zoveelste stortbui. Een flits, een donder, een waterstofbom.

#waanvandedag #rosatom #fiets #stad #human #grapperhaus #buienradar #100DaysToOffload